De koopkracht-oplossing

Het zijn roerige tijden, maar gelukkig is er ook goed nieuws: de lonen stijgen. Als nuchtere, gierige en financieel georiënteerde Nederlanders zou dat echt geweldig moeten zijn. Maar als we ietsje verder kijken dan zien we dat deze loonstijging ver achter blijft bij de groei van de economie en de inflatie. 

De recente loonsverhogingen in verschillende cao’s lijken te komen door de druk van de arbeidsmarkt. Die is immers zeer krap en dus staan werknemers sterker. Maar die loonsverhogingen zorgen niet voor een stijging van de koopkracht van huishoudens - hetgeen waar het ons Nederlanders meer om gaat, namelijk meer kunnen doen met het geld wat je krijgt. Want de inflatie is immers heel veel hoger dan die stijging. En over de gehele linie worden wij Nederlanders armer.

Om het nog een tandje erger te maken stijgen de lonen ook al sinds jaren niet mee met de arbeidsproductiviteit. Dat gaf Rabobank in 2017 al aan en wordt in het boek Fantoomgroei geweldig uiteengezet. We werken dus steeds efficiënter en beter, voor relatief gezien steeds minder geld. Daar komt nu nog sterke prijsstijging bovenop. En met de enorme waterschaarste kun je op twee handen tellen dat water het volgende basisgoed is wat qua prijs door het dak zal schieten.

Dit wil niet zeggen dat het kommer en kwel voor iedereen is. Er zijn sectoren waar de lonen al relatief wat hoger lagen en de mensen dus beter rond kunnen komen. Ook zitten onze zogenaamde topinkomens er goed bij: die beloningen schoten met 32% omhoog. Ver voorbij de inflatie. Als kers op de taart doet de economie, gemeten als bruto binnenlands product (bbp), het erg goed. Wat het dus nog gekker maakt dat de meeste Nederlanders erop achteruitgaan. 

Tot zo ver de problemen. Gelukkig roepen we massaal dat er een oplossing moet komen en kijken we naar de overheid om de koopkracht te repareren. Met het verwijderen van accijnzen en belastingen, en het introduceren van steunpakketten voor de zwaarst getroffen huishoudens zit die overheid ook zeker niet stil. Maar we moeten stoppen met het kijken naar de overheid. Want voor je het weet zitten we weer met grootste stimulerende pakketten die op de lange termijn nadelige gevolgen hebben, waar De Nederlandsche Bank ook voor waarschuwt

Gelukkig is er iets wat er wel kan gebeuren. Begin jaren ‘80 werd het Akkoord van Wassenaar gesloten. Het bedrijfsleven zat in zwaar weer en de vakbonden kwamen tegemoet met loonmatiging. Wij Nederlanders sloegen de handen ineen en wisten de B.V. Nederland te redden. Momenteel zijn de rollen omgedraaid: de B.V. Nederland draait (nog steeds) recordwinsten, maar de mensen die het mogelijk maken blijven ruim achter. Het is dus tijd voor een nieuw akkoord dat de andere kant op werkt.

Aangezien ik uit Heerlen kom, stel ik voor om het Akkoord van Heerlen te introduceren. Waar alle bedrijven van Nederland, bijvoorbeeld vertegenwoordigd in een AWVN en MKB-Nederland, samen met de vakbonden en het kabinet tot een akkoord komen om de Nederlandse huishoudens te redden. Even geen miljarden winsten die ingezet worden om eigen aandelen op te kopen. En de stijging van de topinkomens die wordt gemaximaliseerd tot het inflatiepercentage. Dan hebben we ook de centjes om het mogelijk te maken.

Dit zou een prachtige herverdeling zijn die al lange tijd nodig is. Het zou tevens betekenen dat de lonen hun beentje bijtrekken en arbeid, ten opzichte van kapitaal, weer wat meer waardering krijgt. En als klap op de vuurpijl, mag mijn geboortestad de geschiedenisboeken in met een mooi akkoord.

Vorige
Vorige

Innovatie als excuus

Volgende
Volgende

Er is geen personeelstekort