De cijfercrisis

photo-1529078155058-5d716f45d604.jpg

We kennen verschillende crises momenteel, zoals de coronacrisis en de woningcrisis. Maar die ene crisis waar je niemand over hoort is de cijfercrisis. In toenemende mate vliegen de getallen ons iedere dag om de oren. En waar sommigen beweren dat dit een goed teken is - cijfers zijn tenslotte feitelijk - is het helaas anders. Want cijfers worden tegenwoordig niet gebruikt om informatie te verschaffen, maar om perceptie te (ver)vormen. Dit is de cijfercrisis.

Vergelijken

Het begint al bij onze allerjongsten. Als zij naar school gaan worden cijfers gegeven ter beoordeling van prestaties. Hier kunnen cijfers dus als platte informatie dienen om te zien waar iemand goed en waar iemand minder goed in is. Helaas hebben cijfers hier niet een informatief doel, maar een vergelijkingsdoel. Ook al is het cijfer op een schaal van 1 tot 10, kinderen worden in toenemende mate vergeleken met elkaar. Dat je een 7 hebt zegt niets over je presteren als de rest van de klas een 9 scoorde. Dat je tien keer zo hard hebt moeten werken voor dat cijfer wordt dan vergeten (en de bijbehorende waardering ook). Cijfers zijn een relatief meetinstrument om te kunnen vergelijken.

Argumenteren 

Niet veel later worden cijfers nog dominanter. Want gedurende je  studerende en daarna werkende leven, worden bronnen met cijfers nog belangrijker. Ratio gaat immers boven alles en je stevige argumentatie moet cijfermatig onderbouwd worden. Hoewel daar op zich niets mis mee is, gebeurt er iets bijzonders. De cijfers zijn niet leidend voor de onderbouwing, maar we passen onze onderbouwing aan om de cijfers er passen bij te maken. Persoon A gebruikt het cijfer 7 om aan te tonen dat iets goed is, terwijl persoon B dezelfde 7 gebruikt om aan te tonen dat iets niet goed is.

Gevoel aangeven

Cijfers kunnen zelfs zo ver gaan als ons gevoel aangeven of voorspellen. Zo vertellen cijfers dat de economie in de lift zit, of juist niet. Cijfers vertellen ook dat er beleggersoptimisme is en dat het consumentenvertrouwen opkrabbelt. Cijfers geven geen platte informatie, ze duiden onze gevoelens. En soms wordt het dan een ‘self-fulfilling prophecy’. De cijfers zeggen dat het niet goed gaat dus voel ik me ook slechter, waardoor het dus niet goed gaat. 

Crises gaan hand in hand

Cijfers zijn dus een vergelijkingsinstrument, een misbruikt middel om je gelijk aan te tonen en een graadmeter voor je gevoel. Deze ellendige cocktail brengt ons tot de cijfercrisis. En die cijfercrisis die maakt de coronacrisis nog een tandje erger. 

Als we lezen over de coronacrisis dan vliegen de cijfers ons om de oren. Er zijn ontzettend veel cijfers en iedereen gebruikt dezelfde cijfers om zijn eigen punt te versterken. Als je de lockdown wilt beëindigen dan vind je daar wel de cijferlijke onderbouwing voor. Met diezelfde cijfers kun je ook beredeneren dat de lockdown uitgebreid en verlengd moet worden.

We trekken cijfers maar wat graag volledig los uit hun context om ermee te vergelijken. Zo vergelijken we positieve testuitslagen van deze maand met vorige maand, met de maand vorig jaar, met onze buurlanden of in relatie tot het aantal afgenomen tests. Zo knutsel je met cijfers altijd wel wat in elkaar om je punt te maken of te onderbouwen.

Als klap op de vuurpijl beïnvloeden de cijfers ons gevoel. Afgezien van het feit dat cijfers dus gebruikt worden voor verschillende argumenten op rationeel vlak, vormen ze ook onze perceptie. Want het aantal ziekenhuisopnamen vergeleken met vorig jaar stemt ons somber. Terwijl het percentage positief geteste personen ten opzichte van het aantal wat zich heeft laten testen ons weer beter stemt. 

Dit is geen pleidooi voor het stoppen met rekenen of het onderbouwen van argumentatie met cijfers. Het is wel een roep om duidelijk te maken dat cijfers gebruikt en misbruikt worden om ons te beïnvloeden. Deze cijfercrisis zorgt er namelijk voor dat we ons niet laten informeren, maar dat we ons uit elkaar laten drijven door (politieke) partijen en willekeurige mensen op sociale media die onze perceptie (ver)vormen. En dat baart mij zorgen: zeker 10 op een schaal van 1 tot 10. 

Vorige
Vorige

Duurzaam investeren: niet zo duurzaam?

Volgende
Volgende

De mislukte twee sporen