Het Klimaatakkoord in vuur en vlam

Het Klimaatakkoord in vuur en vlam.jpg

In 2016 werd het VN-Klimaatakkoord getekend in Parijs. Lidstaten hebben afgesproken dat de Europese Unie (EU) in 2030 minimaal 40% minder broeikasgassen moet uitstoten. Voor ons koude kikkerlandje geldt dat de uitstoot in 2030 met 49% verminderd moet zijn ten opzichte van 1990. Los van dat ik me stoor aan het feit dat ze die 49% niet gewoon hebben afgerond naar 50%, klinkt dit als een prachtige (maar ambitieuze) stip op de horizon. Ontzettend veel maatschappelijke vraagstukken – denk aan de boerenprotesten, de snelheidsverlaging op snelwegen en “wijken die massaal van het gas gaan” – zijn dan ook verbonden aan deze (inter)nationale ambitie.

En toch kopte Het Parool eind oktober 2020 “Nederland loopt ver achter met klimaatdoelen.” Het is ook niet dat we het nét niet halen. Nee. We koersen momenteel af op een vermindering van net boven de 30% in 2030. Het voelt een beetje als de Toppers naar het Eurovisie Songfestival sturen met de gedachte: meedoen is belangrijker dan winnen.

Nu kan ik natuurlijk een heel beladen stuk schrijven over het falende duurzaamheidsbeleid van ons land. En dat ik teleurgesteld ben in het feit dat vooral de Coronacrisis de aandacht kreeg in de verkiezingsprogramma’s en -campagnes in plaats van een gedegen plan om de klimaatcrisis het hoofd te bieden. Maar nee, het is bijna weekend. Ik snijd graag een onderwerp aan dat mij nauwer aan het hart ligt. Ik doel op de heerlijke, alcoholhoudende druivensapjes uit Frankrijk. 

Van Bordeaux tot aan Champagne hebben de wijnboeren namelijk te maken met een ijzige kou. Temperaturen zakten de afgelopen dagen op veel plekken onder het vriespunt en dat betekent dat de ontwikkeling van wijndruiven in gevaar kwam. In 2017 en 2019 was het ook al raak en dus wisten de wijnboeren wat ze te doen stond. Compleet tegen alle “verminder uw uitstoot, beste EU-lidstaten” afspraken in, ontstaken de Franse wijnmakers nachten lang kaarsen, vuurkorven en blikken vol parafine. Sommige boeren installeerden zelfs elektrische warmtekanonnen om te voorkomen dat de druiven konden bevriezen. Daarnaast werden duizenden liters waters verneveld om de druiven zo met een laagje ijs te kunnen beschermen tegen de kou. Kort gezegd: alles werd op alles gezet om de oogst te redden.

En wij? Wij vonden het prachtig. Dit was echt ondernemerschap. Boeren met passie voor het vak die koste wat kost een mooi product willen leveren aan dorstige consumenten over de hele wereld. Massaal werden er video’s gedeeld met titels als “Franse wijnboeren beschermen druiven met vuur.” Voor het gemak vergaten we even dat de boeren nog net het Klimaatakkoord zélf niet in de fik staken om ons te kunnen blijven voorzien van Chardonnay, Champagne en Merlot. Zo zie je maar weer: als het gaat over duurzaamheid(sbeleid) lullen we misschien allemaal wel als Klaver of Kaag, maar diep in onze harten schuilt een Martien Meiland. Zo, en nu lekker wijnen! Proost.

Vorige
Vorige

Woord van de week: bestuurscultuur

Volgende
Volgende

De woningmarkt loopt als een zonnetje