Je staat nog op mute

photo-1475721027785-f74eccf877e2.jpg

Na ongeveer viereneenhalve minuut in mijn vloeiende betoog, waarin passie en ratio in een spannende tango samenkomen om één van mijn beste onderbouwingen tot nog toe te geven, vertelde een collega me dat ik nog op mute stond. Het moet een bekend fenomeen zijn voor velen in de huidige thuiswerkcultuur, tijdens het bellen met vrienden of tijdens het FaceTimen met familie: er staat altijd wel iemand op mute, terwijl hij of zij dat niet weet. Maar er zijn belangrijke, niet digitale momenten, waarop je niet op mute moet staan. Eén zo’n moment is begin maart, tijdens de Tweede Kamer verkiezingen.

Staan we echt op mute?

Sinds de Tweede Kamerverkiezingen van 2002 is het opkomstpercentage niet meer onder de 75% gedoken (bron). Daarmee zou je dus kunnen zeggen dat de Nederlander zichzelf nooit echt op mute heeft gezet. Dit cijfer zou zelfs iets zijn om trots op te zijn. Echter, er is een specifieke groep die zichzelf niet laat horen, waardoor de uitslag van de verkiezingen dus een vertekend beeld kan tonen. Leuzen als “de politiek luistert toch niet naar ons” en “wij worden niet gehoord” komen dan, soms onterecht, bovendrijven. De groep waar ik het over heb zijn ‘jongeren’.

De definitie van jongeren in dit geval zijn stemgerechtigde volwassenen van 18 tot 25 jaar. Tijdens de meest recente Tweede Kamer verkiezing in 2017 lag het opkomstpercentage voor Nederland op 80%, terwijl dat voor jongeren op 66% lag (bron). Dat is een verslechtering ten opzichte van de Kamerverkiezingen in 2012, toen het opkomstpercentage in Nederland 75% was en dit bij jongeren rond de 70% schommelde. Daarmee kiest dus ongeveer één op de drie jongeren ervoor om zichzelf niet te laten horen tijdens belangrijke verkiezingen en lijkt dat percentage dus ook nog eens toe te nemen, gebaseerd op de twee meest recente verkiezingen. Dat is een slechte zaak en ik vind dan ook dat jongeren zich moeten laten horen

Waarom is dit belangrijk voor jongeren?

Als iemand die recentelijk, vanwege het succesvol afronden van verjaardagen, niet meer tot de groep jongeren behoort, vind ik wel dat ik mag pleiten voor het belang van jongeren die zichzelf ‘unmuten’.

Als eerste is er de huidige tijdsgeest. Dat klinkt vaag, maar daar bedoel ik mee dat gedurende deze pandemie er nogal wat maatregelen van kracht zijn. Deze maatregelen zijn erop gebrand om de zorg te ontlasten en de meest kwetsbaren te beschermen. Het is een crisis en dus wordt het lange termijn denken even losgelaten. De maatregelen raken jongeren onevenredig hard, want zij lopen immers leerachterstanden op die later zichtbaar worden, zij missen de sociale relaties die zo belangrijk zijn in deze fase van je ontwikkeling en zij beginnen met werken of studeren op een manier waardoor ze al met 2-0 achterstaan. Juist nu is de stem van de jonge vrouw en man belangrijk.

Als tweede weten we dat we voor grote uitdagingen staan in de toekomst. Tegelijkertijd, als we de pandemie buiten beschouwing laten, gaat het momenteel goed met Nederland. De economie is sterk en de levensstandaard hoog. Daardoor zal bij een oudere garde een gevoel van urgentie omtrent prangede zaken voor de toekomst, zoals klimaat, mobiliteit en huisvesting ontbreken. De jongeren van tegenwoordig zijn beter geïnformeerd dan ooit en activtistischer dan ooit. Zij weten dat deze problemen nu aangepakt moeten worden om een desastreuze toekomst te voorkomen. Zij voelen die urgentie wél en kunnen dit via hun stem ter tafel brengen en zelfs het primaire onderwerp van discussie maken.

Als derde zijn jongeren nog op straat. Dat is letterlijk en figuurlijk: zij weten vaak wat er speelt in hun buurten. Ze weten natuurlijk ook wat er speelt onder leeftijdsgenoten en dit hoeft zeker niet in lijn te zijn met wat andere generaties denken dat er speelt. En in plaats van dit duidelijk te maken door OK, boomer (ook hier) te roepen, kunnen jongeren zich ook laten horen op de momenten dat dit belangrijk is. Zoals tijdens de verkiezingen.

Als vierde en laatste is er een frisse blik nodig. Nieuwe uitdagingen behoeven nieuwe oplossingen. Die frisse blikken zijn juist nu nodig in de politiek. Via de verkiezingen kan hier al invulling aan gegeven worden, niet in de laatste plaats omdat ik het (tamelijk ongefundeerd) vermoeden heb dat jongeren ook sneller voor jonge kandidaten kiezen om zich te laten vertegenwoordigen. En deze jonge kandidaten kunnen dan de frisse nieuwe wind brengen.

Help mee door je te laten horen

Jongeren zijn tech savvy genoeg om zichzelf te unmuten. Ook zijn ze over het algemeen goed geïnformeerd en gevat genoeg om kritische kanttekeningen te plaatsen of cynische filmpjes te maken. Maar als ze echt willen voorkomen dat “ze niet gehoord worden” dan komen ze massaal naar de stembus voor de aankomende Tweede Kamer verkiezingen.

Want de toekomst van het land ligt in jullie handen. Als jullie ons niet vertellen hoe we die toekomst vandaag zo goed mogelijk kunnen inrichten dan gaan jullie tegen de stroom inzwemmen. Wie weet kunnen jullie de uitdagingen van de toekomst dan niet eens aan. En als we iets willen dan is het dat jullie slagen in het oplossen van de problemen die wij gemaakt hebben.

Stem op 15-16-17 maart.

Vorige
Vorige

Waarom corporates een technisch directeur nodig hebben

Volgende
Volgende

Veiligheid meten met twee maten