Veiligheid meten met twee maten

Safety.jpg

In de westerse of – laat ik het dichter bij huis zoeken – de Nederlandse bouwwereld staat veiligheid hoog in het vaandel. Zo kennen we de Governance Code Veiligheid in de Bouw, stimuleert de Veiligheidsladder bedrijven en hun leveranciers om ‘de hoogste trede’ van veiligheidsbewustzijn te behalen en kennen (publieke) opdrachtgevers breed uitgemeten kaders en richtlijnen waarin exact wordt beschreven hoe veiligheid geborgd dient te worden in uit te voeren projecten. Is er, ondanks alle getroffen voorzorgsmaatregelen, toch sprake van een (dodelijk) ongeval, dan worden de werkzaamheden stilgelegd en doet de Inspectie SZW uitgebreid onderzoek naar de toedracht van het ongeval. Kortom: veiligheid is – terecht – een rode draad in de gehele bouwketen. Ik hoor u denken: goed verhaal, maar waar gaat dit naartoe?

Nou, deze literaire reis heeft als eindbestemming Qatar en specifiek het WK 2022. In the middle of nowhere worden momenteel voetbaltempels in recordtempo uit de grond gestampt. Straks staan er (te) dik betaalde voetballers hun werk in te doen en dik betalende sponsoren beschikken weer over een flamboyante marketing uitlaatklep. Het is niet zo dat veiligheid er niet hoog op de prioriteitenlijst staat. Nee, veiligheid heeft in Qatar gewoon géén plek op de prioriteitenlijst, zoals blijkt uit de talloze doden die zijn gevallen tijdens de bouwwerkzaamheden. Hoe kunnen we hier met droge ogen naar kijken?

Wij zijn een voetballand bij uitstek, dat blijkt wel uit de manier waarop Amsterdamse spelers afgelopen weekend weer met open armen ontvangen werden in Eindhoven en de snelheid waarmee het Fieldlab-experiment NEC-De Graafschap was uitverkocht. Dat we in al ons enthousiasme soms iets minder aandacht hebben voor geldende veiligheids- of – het is toch een pandemie – Corona-maatregelen, dat nemen we met elkaar voor lief. Daar kan ik best inkomen, ik ben een sporter in hart en nieren, altijd geweest. Sport is emotie.

Waar ik iets minder goed op ga? Berichten die ik lees over de tot nu toe 6500+ arbeidsmigranten die hun leven hebben gelaten in de voorbereiding op dit sportevenement. Om dat even in perspectief te plaatsen: de bouw van de stadions is gestart in 2010. Uitgaande van die 6500 komt dat neer op ongeveer twaalf (!) doden per week. Twaalf mensenlevens. Twaalf gezinnen per week die een onzekere toekomst tegemoet gaan. Laat dat even op je inwerken. En weet je wat nog wel het meest bizarre is? Die 6500 is alleen gebaseerd op de overheidsgegevens van India, Pakistan, Nepal, Bangladesh en Sri Lanka; de vijf Aziatische landen die “hofleverancier” zijn van de meeste arbeiders. Van overige landen zijn de cijfers niet bekend, dus dit zou kunnen betekenen dat het werkelijke aantal nog veel hoger ligt. Kleine nuancering: Qatar verzaakt in veel gevallen om de doodsoorzaak van de arbeidsmigranten vast te stellen of concludeert, zonder gedegen onderzoek, dat het een natuurlijke dood betreft. Ja, dan is het natuurlijk volstrekt ondenkbaar dat de erbarmelijke arbeidsomstandigheden een aandeel hebben in deze exorbitant hoge sterftecijfers.

Dus opnieuw de vraag: hoe kunnen we hier met droge ogen naar kijken? Hoe kan het dat we zelf idioot hoge eisen stellen aan ‘veilig bouwen’, maar dat we tegelijkertijd toekijken hoe elke week weer een elftal plus coach aan arbeidsmigranten het leven laat? Terwijl de KNVB de sterftecijfers laat factchecken en de Tweede Kamer besluit dat er geen afvaardiging van de Nederlandse regering af moet reizen naar Qatar, kijkt de VAR nog even of er geen strengere maatregelen nodig zijn. Want volgens mij zit er bloed aan de bekende gouden WK-bokaal en is het boycotten van dit WK de enige oplossing. Dan sterft het evenement vanzelf zijn eigen ‘natuurlijke dood’.  

Vorige
Vorige

Je staat nog op mute

Volgende
Volgende

De elektrische leasevloot – écht duurzaam of greenwashing 2.0?